Tips om optimaal gebruik te maken van vitamines en mineralen in groente en fruit
- Eet het binnen 2 tot 5 dagen na aankoop op.
- Bewaar het op de juiste plek. Vruchtgroente als tomaat, paprika en komkommer bederven in de koelkast juist sneller door koudebederf. Dit geldt ook voor exotisch fruit, zoals mango of banaan.
- Voorgesneden groente en fruit kan je het beste dezelfde dag nog eten.
- Snij je groente en fruit, maar gebruik je het niet meteen? Bewaar het zo luchtdicht mogelijk en gebruik het dezelfde dag.
- Snij het in grote stukken. Hoe minder oppervlakte in contact staat met zuurstof, water of hitte, hoe meer de voedingstoffen worden behouden.
- Wissel af tussen rauwe en bereide groenten. Sommige voedingstoffen uit bereide of gekookte groenten kan je lichaam makkelijker opnemen dan uit rauwe groente. Daar staat tegenover dat andere voedingsstoffen weer afbreken door verhitting.
- Diepvriesgroente en – fruit zijn kort na het oogsten ingevroren. Daardoor hebben zij nog een goed gehalte aan vitamines en mineralen.
Zo behoud je voedingstoffen tijdens het bereiden van groente
- Kook groente niet langer dan nodig is. Groente verliest tijdens het koken altijd wat voedingstoffen. Hoe langer je kookt, hoe meer je verliest.
- Gebruikt niet te veel water. De vitamines en mineralen lossen op in het water. Hoe meer water, hoe meer voedingstoffen er oplossen. Groente hoeft niet helemaal onder water te staan om gaar te worden. Als het water kookt en een stoompluim ontsnapt zet je het vuur op zijn zachtst. Op dat moment gaat de kooktijd in. Als je precies genoeg water gebruikt, is al het water opgenomen, zoals bij pasta en rijst, of verdampt (zoals bij groenten en aardappelen) zodra je gerecht gaar is.
- Groente uit pot en blik hoef je maar kort te verwarmen tot dat het vocht kookt.
- Blancheren, smoren en stomen zorgen voor de minste verliezen. Ook heb je dan het beste smaakbehoud én een stevigere bite.
- Wokken en roerbakken zijn geschikt, omdat je het kort verhit en weinig vocht gebruikt.
- Ga je grillen? Gebruik dikke plakken groente, om zo min mogelijk direct contact met de grilplaat te hebben.
